Het nieuwe normaal en onze innerlijke veerkracht
Vanuit de regering wordt geadviseerd om in deze coronaperiode vooral thuis te werken en het bezoek aan het bedrijf zoveel mogelijk te mijden. Zolang er nog geen goedwerkend vaccin is, zijn dus veel mensen voor hun werk aan huis gebonden. Ik heb de afgelopen periode enkele deelnemers gesproken die het directe contact met collega’s wel missen, maar die het leven volgens ‘het nieuwe normaal’ op zich wel waarderen en de dagelijkse gang naar hun bedrijf niet zozeer missen. Vooral het minder worden gestoord door verzoeken van collega’s en het meer regie hebben op het door hen ervaren gevoel van werkdruk zijn aspecten die daarin een rol spelen. Ondanks dat zij graag met anderen samenwerken, heeft de afwezigheid van fysiek contact met collega’s ogenschijnlijk weinig invloed op hun gemoedstoestand. Toch blijkt uit recent opinieonderzoek van 1Vandaag [1] dat mensen door de coronacrisis het sociale contact, spontaniteit en zekerheid missen. Dat dit bij hen tot een of meer psychische klachten heeft geleid.
Hoewel ik het niet erg vind om alleen te zijn en ik nog geen psychische klachten heb ontwikkeld, onderken ik als gevoelsmens wel dat het gemis aan sociaal werkcontact enige negatieve invloed heeft op mijn gemoedstoestand. Dat het leven conform het ‘nieuwe normaal’ voor mij een gebrek aan diversiteit in persoonlijk contact oplevert. Hoewel ik via telefonisch contact of een Zoomsessie kan ‘connecten’, stemt het gebrek aan fysiek sociaal contact en de daarmee gepaard gaande onzekerheid over wat dit qua samenwerken op de langere termijn betekent mij soms wel wat somber. Dat social distancing niet alleen anderhalve meter afstand van elkaar betekent, maar ook dat daardoor een soort van sociaal isolement ontstaat.
Soort van sociaal isolement
Als teamspeler bevind ik mij op de werkvloer graag onder collega’s om vanuit samenwerking iets concreets voor de persoonlijke ontwikkeling van deelnemers te (kunnen) betekenen. Hoewel ik voor het uitvoeren van assessmentonderzoeken regelmatig op kantoor aanwezig ben en elke nieuwe ontmoeting met een deelnemer mij energie geeft, mis ik juist de reuring, de dynamiek en de gezelligheid van het samen-zijn en de fysieke en mentale verbinding die ik heb en voel met diverse collega’s. Zonder het te veel op mijzelf te projecteren, voelt het alsof de opgelegde coronamaatregelen (o.a. beperking sociaal verkeer op de werkvloer) mij in een soort sociaal isolement heeft geplaatst. Hoewel dit ook soms gepaard gaat met het ervaren van gevoelens van onmacht, boosheid en enige stress, ben ik mij er ook van bewust dat ikzelf verantwoordelijk ben voor bewaken, onderhouden en herstellen van mijn innerlijke veerkracht.
Innerlijke veerkracht (fysieke en mentale)
Naast zaken die de fysieke veerkracht bepalen, zoals optimale voeding, voldoende beweging en regelmatig herstelmomenten inbouwen, ligt er voor mijzelf ook een uitdaging om te blijven investeren in het onderhouden van mijn mentale veerkracht [2]. Hierbij doel ik onder andere op het in contact blijven met relaties die mij in sociaal en emotioneel opzicht ondersteunen en voeden. Juist het uitwisselen van energie en de aandacht, liefde en genegenheid die daarmee gepaard gaat, voorkomt sociale isolering en is een belangrijke voedselbron voor ons welzijn. Verder kan het gebruik maken van affirmaties (herhalen van een positieve, realistische gedachten of zin) helpend zijn om vanuit een meer positieve gemoedstoestand zaken te trotseren. Ten slotte kan het regelmatig reflecteren op én het handelen vanuit mijn kernwaarden ervoor zorgen dat ik juist vanuit mijn bezieling zinvol leef, vitale keuzes maak en effectief veerkrachtig met ervaren lastige situaties of stressoren om kan gaan. En dat je hier vanuit persoonlijk leiderschap zélf verantwoordelijkheid in durft te nemen, is iets waar mijn collega’s en ik bij Van Harte & Lingsma elke dag met deelnemers mee bezig zijn.
[1] Koster, J. (2020): Onderzoek naar hoe het gaat met ons in de coronacrisis, Opiniepanelrapport, 1 Vandaag. Aan dit onderzoek hebben 25.582 mensen meegedaan.
[2] Sonnevelt, A. (2012): De levenscode: Over het geheim van vitaal oud worden.